Tech & Rights

Rechtbank Amsterdam: belediging en aanzetten tot discriminatie Joden

Vier mannen in de leeftijd van 28 tot 42 jaar zijn door de Rechtbank Amsterdam op 12 januari veroordeeld voor groepsbelediging en het aanzetten tot discriminatie van Joden. Ze kregen hiervoor boetes van 600 en 900 euro en taakstraffen van 24 en 40 uur.

by Nina Kesar

Demonstratie Nederlandse Volks-Unie

De vier mannen namen in maart 2016 in Amsterdam deel aan een demonstratie van de Nederlandse Volks-Unie (NVU), een organisatie die het volksnationalisme uitdraagt. De NVU had van de burgemeester van Amsterdam een vergunning gekregen om een demonstratie te houden tegen links geweld en links fascisme.

De mannen werden door de politie aangehouden omdat ze tijdens de demonstratie vlaggen vasthielden met daarop de teksten ‘Combat 18’, ‘Whatever it takes’ en ‘Defend Europe’. De vlag met de teksten ‘Combat 18’, ‘Whatever it takes’ was zwart van kleur met een witte en rode band in het midden, een verwijzing naar de kenmerkende kleuren van de nationaalsocialisten in Nazi-Duitsland. De tekst op de vlag was gedrukt in Gotische letters. Twee van de vier mannen droegen daarnaast op hun jas een zogenoemde anti-Jodenneussticker, een afbeelding van een typisch Joodse neus met een streep erdoor.

Strafbare uitlatingen

Volgens de raadsman van de vier verdachten waren de mannen zich niet bewust van het beledigende en discriminatoire karakter van de teksten op de vlaggen en de sticker voor Joden. Ter verdediging werd onder andere aangevoerd dat de Jodenneussticker niet aanzet tot haat en/of geweld tegen of discriminatie van Joden. De neus verwijst weliswaar naar Joden en in dit verband naar supporters van de Amsterdamse voetbalclub Ajax, maar het opzet was gericht op het op de hak nemen van Ajax-supporters en niet op het beledigen van Joden in het algemeen.

De Amsterdamse rechter vindt het betoog van de verdediging echter niet overtuigend en acht bewezen dat de verdachten wel degelijk wisten dat de uitlatingen beledigend zijn voor Joden en dat zij hiermee hebben aangezet tot discriminatie. In de kringen waarin de verdachten verkeren, is het bekend dat het cijfer 18 verwijst naar de eerste en achtste letter van het alfabet, en daarmee naar de initialen van Adolf Hitler. De kreten ‘Combat’ en ‘Whatever it takes’ dragen uit dat er strijd moet worden geleverd, en dat daarbij ieder middel geoorloofd is. De term ‘Defend Europe’ is naar het oordeel van de rechtbank op zichzelf niet beledigend en discriminatoir voor Joden, maar wordt dat wel wanneer de uitlating, zoals hier het geval was, wordt gedaan in samenhang met het dragen van een anti-Jodenneussticker.

Vrijheid van meningsuiting?

Uit de jurisprudentie van de Hoge Raad blijkt dat de context waarin een uitlating is gedaan het beledigend of discriminerend karakter van de uitlating weg kan nemen, indien de uitlating een bijdrage levert aan of dienstig is aan een publiek maatschappelijk debat, een geloofsopvatting of als de uitlating onder de bescherming van artistieke expressie valt. De reikwijdte van die context wordt gevormd door het recht van verdachte op vrijheid van meningsuiting als bedoeld in artikel 10 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM), waaronder ook uitlatingen van de verdachten vallen.

Naar het oordeel van de rechtbank zijn de uitlatingen zoals door de verdachten gedaan niet dienstig aan enig publiek maatschappelijk debat, een geloofsopvatting of aan een artistieke expressie. Een beroep op de vrijheid van meningsuiting gaat volgens de rechtbank in dit geval niet op.

De rechter is overigens niet van mening dat de vier de mannen met hun uitlatingen ook hebben aangezet tot haat en/of geweld tegen Joden. Hiervoor hadden de verdachten andere moeten ophitsen of oproepen iets te doen.

Uitspraken