De Belgische minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon en de staatssecretaris voor Asiel en Migratie Theo Francken hebben de burgermeester van de gemeente Sint-Joost-Ten-Node aangeklaagd voor het veroorzaken van een rel in een vliegtuig van Air Maroc afgelopen mei.
Fysiek en psychologisch geweld
Burgermeester en Brussels politicus Emir Kir kwam tijdens het boarden samen met medepassagiers in opstand tegen de uitzetting van een Nigeriaanse vrouw. De vrouw schreeuwde en huilde toen zij op het vliegtuig werd gezet.
Later vertelde Kir aan de media dat hij samen met anderen reageerde op het ‘‘ondragelijke fysieke en psychologische geweld’’ waar de vrouw aan werd blootgesteld.
De Ligue des Droits de l’Homme (LDH) beschouwt de actie van Kir en zijn medepassagiers als reactie die thuishoort in een gezonde democratie en is niet te spreken over de aanklacht tegen de burgermeester.
Met dit type vervolging, dat vaak betrekking heeft op schrijnende situaties, wordt vreedzame meningsuiting strafbaar gesteld. De Belgische parlementsleden Sofia Bouarfa, Fatiha Saidi en Gisèle Mandaila hebben zich achter Kir geschaard in het veroordelen van het optreden van de autoriteiten.
Buitensporige maatregelen
Strafbaarstelling kan leiden tot buitensporige maatregelen – zoals een reisverbod – die materiële en morele schade teweeg kunnen brengen (dat gold voor Fosso Ngajui in 2008).
Ermee dreigen iemand aan te klagen omdat hij zijn verontwaardiging al dan niet met een daad van burgerlijke ongehoorzaamheid laat blijken, is verderfelijk en legt onacceptabele druk op. Het kan ervoor zorgen dat mensen met legitieme bezorgdheid wel twee keer nadenken voordat zij hun afkeuring over misstanden laten blijken.
In een goed functionerende democratie moeten deze burgers en hun moedige daden van protest niet worden bestraft maar juist dienen als voorbeeld.
Lees voor meer over deze zaak het (Franstalige) interview in Le Soir van 22 mei met de voorzitter van de LDH, Alexis Deswaef.