Tech & Rights

Toezichtwet in Verenigd Koninkrijk door de Hooggerechtshof neergehaald

Tijdens een historische uitspraak heeft het Hooggerechtshof van het Verenigd Koninkrijk een cruciale toezichtwet wederrechtelijk verklaard.

by Ian McDonald
Image: Yuri Samoilov - Flickr/CC content

Een wet op toezicht die in een paar dagen door het parlement was gejaagd is wederrechtelijk, zo heeft het Britse Hooggerechtshof bepaald.

Bij een wraking door parlementsleden David Davis en Tom Watson, die door Liberty werden vertegenwoordigd, was het hof van mening dat secties 1 en 2 van de Dataopslag en Onderzoeksbevoegdhedenwet 2014 (DRIPA) onverenigbaar zijn met het recht van de Britse burgers om het privéleven en verbindingen te respecteren en de bescherming van persoonlijke gegevens onder artikel 7 en 8 van het Handvest van de Grondrechten van de Europese Unie.

Historische uitspraak

De historische uitspraak die vrijdag werd gedaan, komt precies een jaar nadat DRIPA Koninklijke Bekrachtiging ontving op 17 juli 2014. De wet werd door de coalitie, die beweerde dat drie maanden nadat het EU Gerechtshof bepaalde, dat de bestaande EU richtlijn op dataopslag ongeldig was, omdat die veel te veel ingreep in de individuele privacy-rechten, door het parlement gejaagd en“noodgeval” wetgeving nodig was.

DRIPA geeft de minister van Binnenlandse Zaken toestemming om internet providers te verplichten om alle communicatie twaalf maanden lang op te slaan. Het vangt alle internetgegevens van iedereen in het Verenigd Koninkrijk op, inclusief e-mails, oproepen, sms’jes en surfgedrag van parlementsleden, journalisten, advocaten, artsen en andere correspondentie die vertrouwelijk is of voorrang heeft.

Data die onder DRIPA opgeslagen worden is dan onderworpen aan een extreem nalatig regime, dat ruimte geeft aan honderden overheidsinstanties om de gegevens te verzamelen, waarvan vele zichzelf toestemming tot toegang kunnen verlenen voor een hele reeks redenen die niets van doen hebben met het onderzoek naar zware criminaliteit. Ruwweg een half miljoen verzoeken worden jaarlijks ingewilligd.

Wederrechtelijk

Het Hooggerechtshof heeft de secties 1 en 2 wederrechtelijk verklaard op de volgende gronden:

    ·ze schieten tekort in het voorzien van heldere en precieze regels om te garanderen dat data alleen worden ingezien voor de doelstelling van het voorkomen en detecteren van zware misdrijven, of voor het leiden van strafrechtelijke onderzoeken die aan zulke overtredingen gerelateerd zijn.

    ·toegang tot data is niet geautoriseerd door een rechter of onafhankelijke instantie, wier besluit de toegang tot en het gebruik van de gegevens zou kunnen beperken tot het strikt noodzakelijke. De uitspraak neemt waar dat: “De behoefte voor die goedkeuring door een rechter of functionaris moet gebeuren, die geheel onafhankelijk is van de macht of instantie die de aanvraag doet niet bijzonder hinderlijk zou moeten zijn, op voorwaarde dat de verantwoordelijke persoon goed getraind of ervaren is.”

De wederrechtelijke secties van DRIPA zullen van kracht blijven tot het eind maart 2016 om de overheid tijd te gunnen om voor degelijke wetgeving te zorgen. Vanaf dat punt zullen ze niet meer effectief zijn.

Eisen tot verandering

James Welch, juridisch directeur voor Liberty:

“Liberty heeft al lang geroepen om fundamentele hervorming in onze toezichtwetten om er voor te zorgen dat onze overheid de burgerrechten fatsoenlijk respecteert – de stemmen die in koor om verandering vragen, nemen toe. Activisten, parlementsleden vanuit elke partij, de eigen beoordelaar van de overheid van terrorismewetgeving, allemaal roepen ze om rechterlijke supervisie en duidelijkere voorzorgsmaatregelen. Het Hooggerechtshof heeft zich nu bij het koor gevoegd en bepaald dat kernbepalingen van DRIPA wederrechtelijk zijn. Het is nu tijd voor Binnenlandse Zaken om zichtbaar te kiezen voor toezicht dat de privacy, de democratie en de rechtsstaat in acht neemt, leidt – en niet met nog meer van het zelfde door te ploeteren.”

David Davis, parlementslid voor de Conservatieven:

“Het Hof heeft erkend wat voor velen vorig jaar duidelijk was, dat de haastige en slechtdoordachte wetgeving van de overheid helaas gebrekkig is. Ze moet nu de wet gaan herschrijven om aan de juridische of onafhankelijke goedkeuring te voldoen alvorens zich toegang te verschaffen tot de gegevens van onschuldige mensen, waarbij de nieuwe consensus onder deskundigen in de rapporten van Anderson en RUSI. Deze verandering zal zowel de privacy als de veiligheid verbeteren, omdat – waar de overheid het parlement maar één dat de tijd gaf om deze wet te overwegen – het Hof bijna negen maanden heeft gegeven.”

Tom Watson, parlementslid voor Labour:

“De overheid was ervoor gewaarschuwd dat het er doorheen jagen van een belangrijk stuk wetgeving over onze veiligheid zou uitlopen op knoeiwerk. Nu heeft het Hooggerechtshof gezegd dat ze terug moet naar het parlement en hun best moeten doen. De overheid gaf aan parlementsleden één dat om de wetgeving, die onterecht werd neergezet als privacy-respecterend, te bespreken; ze heeft nu tot maart 2016 om te zorgen voor een herschreven wet. Er moet onafhankelijke supervisie zijn op de dataverzameling door de overheidsinstanties en er moeten een degelijk raamwerk en regels zijn voor het gebruik van en toegang tot de communicatiegegevens van burgers.”

Groeiende overeenstemming

Het oordeel volgt het belangrijke rapport van de overheidsbeoordelaar inzake terrorismewetgeving van juni door David Anderson, raadsman van koningin Elizabeth, die de huidige wet omschreef als ‘ondemocratisch’ en ‘onverteerbaar’ en opriep tot een complete revisie van wetten met betrekking tot staatstoezicht. Hij beval rechterlijke bevel vooraf aan voor alle onderscheppende volmachten en sommige communicatiedataverzoeken – iets waar Liberty al meer dan tien jaar voor heeft gevochten.

Eerder deze week kwam een toezichtbeoordeling van het Royal United Services Institute (RUSI), in wiens panel een voormalige directeur van MI5, chef van de Geheime Informatie en directeur Informatie voor de Londense politie zitting nemen, bevalen gerechtelijke bevel voor sommige onderscheppende volmachten aan. Rechterlijke goedkeuring wordt ook ondersteund door Labour, de Schotse Nationale Partij, de Liberaal Democraten, de Groenen en een aantal op de voorgrond tredende Conservatieven, inclusief de voormalige procureur-generaal Dominic Grieve, raadsman van de koningin.

Huidige systeem voldoet niet

In een aantal zeldzame voorbeelden waarin spionage in de afgelopen jaren aan het licht is gekomen, is het gebrek van het systeem dat zichzelf volmacht, aan het licht gekomen. De Londense politie hebben toegang gehad tot de belgegevens van journalisten, barones Doreen Lawrence en haar gezin bespioneerd en dermate in sociale en milieu-actiegroepen geïnfiltreerd dat vrouwen verleid werden tot langdurige romantische relaties – één kreeg zelfs een kind van een geheim agent.

Tijdens diezelfde periode hebben juridische onderzoeken geopenbaard dat het Hoofdkwartier voor Regeringscommunicatie wettelijk bevoorrechte berichten van een slachtoffer van marteling heeft onderschept. Hij daagde het Verenigd Koninkrijk voor het gerecht inzake medeplichtigheid aan het uitleveren aan Libië onder Khadafi. Ook bespioneerde het gerespecteerde mensenrechtenorganisaties.

Minister Theresa May van Binnenlandse Zaken heeft tot nog toe geweigerd om de aanbevelingen voor rechterlijke goedkeuring vooraf uit het rapport van Anderson uit te voeren. Van de “vijf ogen landen”, een informatieverbond dat het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten, Australië, Canada en Nieuw-Zeeland omhelst, is het enige dat geen gebruik maakt van rechters in de toestemming vooraf voor onderscheppingsbevelen.

Het volledige oordeel kan hier worden gelezen.

Een gezamenlijke briefing door Liberty, Privacy International, Open Rights Group, Big Brother Watch, Article 19 en Engelse “PEN on the fast-track Data Retention and Investigatory Powers Bill” is hier beschikbaar.

privacy