Tech & Rights

Het gevaarlijke plan van de Britse Conservatieven om de Human Rights Act te schrappen

Het plan van de Britse Conservatieven om de Human Rights Act te vervangen door een nieuwe Bill of Rights is juridisch ongefundeerd, politiek provocatief en bedoeld om het VK te laten botsen met het Europees Hof voor de Rechten van de Mens.

by Liberty

De Britse Conservatieve partij heeft haar langverwachte plannen uit de doeken gedaan om in een volgende Conservatieve regering de mensenrechtenwet (de Human Rights Act, HRA) te vervangen door een nieuwe British Bill of Rights. De voorstellen rammelen vanuit juridisch oogpunt, zijn politiek provocatief, bedoeld om het Verenigd Koninkrijk te laten botsen met het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) en zullen er waarschijnlijk toe leiden dat het VK zich terugtrekt uit het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens en de Raad van Europa. De voorstellen zullen ook een destabiliserende werking hebben in het VK zelf.

De plannen zijn duidelijk bedoeld om de rechten van iedereen in het VK in te perken, met name kwetsbare minderheden en kinderen wier ouders mogelijk worden uitgezet. Het feit dat de plannen pas na het partijcongres van de Conservatieven werden gepubliceerd, is een evidente poging om deskundige toetsing te ontlopen.

Liberty heeft de voorstellen en de gevolgen die zij zouden hebben onderzocht:

VOORSTEL: Schaf de Human Rights Act uit 1998 af

  • De HRA zorgde voor meer Britse soevereiniteit. Vóór de HRA werden Britse zaken behandeld in Straatsburg zonder enige betrokkenheid van een Britse rechter. Sinds de invoering van de HRA oordelen Britse rechters over alle mensenrechtenzaken en beïnvloeden zij de jurisprudentie van de zaken die naar het EHRM gaan. Als de HRA wordt vervangen door een Bill of Rights met gewijzigde rechten zal dat het toezicht vanuit Straatsburg over het VK vergroten, waardoor het EHRM opnieuw meer tot een rechtbank van eerste aanleg verwordt.
  • De afschaffing van de HRA zal de eenheid van het Verenigd Koninkrijk opnieuw verstoren aangezien zij niet zal worden doorgevoerd in Schotland (de Scottish National Party heeft bevestigd dat zij de HRA in Schotland niet zal afschaffen) en de plaatsvervangende ‘‘British’’ Bill of Rights zal leiden tot spanningen in Noord-Ierland. Zo zou het wel eens een 'Bill of Rights for England and Wales' kunnen worden.
  • De HRA is niet de ‘‘mensenrechtenwet van de Arbeiderspartij’’. De wet werd met een overweldigende steun vanuit verschillende partijen en met de goedkeuring van de Conservatieve regering aangenomen. Het is door en door onkarakteristiek voor de Conservatieven om een grondwettelijke Bill of Rights voor te stellen die zo overduidelijk partijgebonden is.

VOORSTEL: Verbreek de formele banden tussen de Britse gerechtshoven en het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. In de toekomst zullen Britse rechters geen rekening meer hoeven te houden met de arresten van de rechters in Straatsburg. Dit maakt het Brits Hooggerechtshof de hoogste rechterlijke instantie ten aanzien van mensenrechtenkwesties in het VK.

  • Britse gerechtshoven hoeven alleen ‘‘rekening te houden’’ met arresten uit Straatsburg, zij hoeven deze niet op te volgen. De HRA heeft van het EHRM geen hof gemaakt die precedenten schept, zoals het voorstel beweert. Dit is herhaaldelijk benadrukt door de Britse rechterlijke macht.
  • Britse gerechtshoven nemen de jurisprudentie van het EHRM regelmatig als uitgangspunt ten aanzien van Britse wetten, tradities en gebruiken.
  • Dit voorstel zal de grondwettelijke positie van het Britse Hooggerechtshof niet versterken. Dit hof is nu al de hoogste rechterlijke instantie ten aanzien van mensenrechtenkwesties in het VK, maar zolang het VK zich niet terugtrekt uit het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) hebben Britten nog altijd de mogelijkheid om naar de rechter in Straatsburg te stappen als op nationaal niveau niet meer verder kan worden geprocedeerd. De voorgestelde verwatering van de rechten volgens het EVRM maakt het waarschijnlijker dat de rechters in Straatsburg het VK zullen veroordelen.
  • Op dit punt zijn de Conservatieven 180 graden gedraaid: toen de HRA werd goedgekeurd probeerden zij haar te wijzigen om te zeggen dat Britse gerechtshoven door het EHRM ‘‘gebonden zullen zijn’’ , maar dit werd uiteindelijk, en verstandig genoeg, verworpen door het parlement.

VOORSTEL: Ontneem het EHRM de bevoegdheid om het VK op te dragen Britse wetten te veranderen. Ieder arrest tegen het VK zal als ‘‘advies’’ worden behandeld en zal door het parlement moeten worden goedgekeurd als het tot veranderingen in Britse wetgeving moet leiden.

  • Het EHRM heeft niet de bevoegdheid om het VK op te dragen Britse wetten te veranderen. De parlementaire soevereiniteit is intact, zoals duidelijk is geworden uit de tenuitvoerlegging van het arrest ten aanzien van het stemrecht van gevangenen. De Britse regering heeft echter het EVRM bekrachtigd en heeft bijgevolg toegezegd zich te houden aan haar verplichting volgens het internationaal recht om de arresten van het EHRM te respecteren.
  • De arresten slechts als ‘‘advies’’ beschouwen zou ervoor zorgen dat de Britse wetgeving botst met de internationale verplichtingen van het VK, zou ervoor zorgen dat het VK op ramkoers met het EHRM komt te liggen en zou er waarschijnlijk toe leiden dat het VK zich terugtrekt uit de Raad van Europa.
  • Dit zou onmetelijke schade aanrichten aan de internationale positie van het VK en diens politieke ‘kapitaal’ en invloed in Europa.
  • Een parlementair proces ter ‘‘goedkeuring’’ van arresten uit Straatsburg is een gevaarlijk precedent dat niet onder doet voor de praktijken van een totalitair regime. Waarom wordt het parlement niet toegestaan ook de arresten van het Hooggerechtshof ‘‘goed te keuren’’? Sterker nog, waarom zouden er in het VK überhaupt nog gerechtshoven nodig zijn? Laat individuen maar rechtstreeks naar het parlement gaan om daar een oordeel over hun geschillen te krijgen.
  • Ondanks beweringen van de Conservatieven heeft het parlement het arrest van het EHRM ten aanzien van het stemrecht van gevangenen niet daadwerkelijk verworpen. Er is niet gevraagd om te stemmen over een wetsvoorstel over een mogelijke herziening. In 2011 stemden 256 parlementsleden in een motie van wantrouwen over dit onderwerp maar dit is een fractie van de 650 leden van het parlement. Integendeel, in december 2013 beval een parlementaire commissie met leden uit verschillende partijen aan om stemrecht te verlenen aan alle gevangenen die maximaal 12 maanden vastzitten. Deze commissie concludeerde dat er geen overtuigende strafrechtpolitieke argumenten bestaan voor het ontnemen van het stemrecht.

VOORSTEL: Stel veel duidelijker vast wanneer en hoe mensenrechtenwetten in het VK moeten worden toegepast. Dit maakt een einde aan de bevoegdheid van gerechtshoven om eenzijdig te besluiten mensenrechtenwetten toe te passen op geheel nieuwe gebieden van het openbare leven.

  • Ten tijde van de goedkeuring van de HRA heeft het parlement al vastgesteld wanneer en hoe mensenrechtenwetten van toepassing zijn. De rechten die zijn vastgelegd in het EVRM moeten worden gewaarborgd door overheidsorganen (bijv. de politie, maatschappelijk werkers, overheidsinstellingen, enz.) bij de omgang met individuen. Rechters bepalen niet over de nieuwe gebieden van het openbare leven waarop mensenrechtenwetten van toepassing moeten zijn.

VOORSTEL: Beperk mensenrechtenwetten tot de meest ernstige zaken. Ze zijn niet meer van toepassing op triviale zaken.

  • Dit is een duidelijk teken dat de Conservatieven bepaalde rechten aan het Britse volk willen onttrekken.
  • Het is ijzingwekkend dat een politieke partij met invloedrijke politici denkt in de beste positie te verkeren om te beslissen wanneer mensenrechten wel of niet van toepassing zijn, en welke zaken triviaal zijn.

VOORSTEL: Weeg rechten en verantwoordelijkheden tegen elkaar af. Mensen die niet aan hun verantwoordelijkheden in de maatschappij voldoen zouden geen aanspraak mogen maken op hun zogenaamde ‘verworven rechten’’ als zij zich voor de rechter verdedigen.

  • Het strafrecht en het burgerlijk recht staan bol van verantwoordelijkheden die door de staat worden opgelegd en waar gewone mensen zich aan moeten houden.
  • De HRA is een van de weinige wetten die gewone mensen in staat stelt de staat aansprakelijk te stellen voor misbruik, mishandeling, verwaarlozing, enz.
  • De meeste rechten in de HRA houden maar in beperkte mate rekening met de rechten van anderen en de bredere belangen van de samenleving als geheel.

VOORSTEL: Zorg ervoor dat degenen die een nationaal veiligheidsrisico vormen of het land illegaal zijn binnengekomen, niet kunnen terugvallen op twijfelachtige mensenrechtenklachten om uitzetting te voorkomen.

  • De uitvoering van dit geniepige voorstel zou het verbod op marteling en het recht op respect voor het gezinsleven van buitenlanders die worden uitgezet, buiten toepassing laten.
  • Dit voorstel maakt een duidelijke inbreuk op het EVRM en zal het niet overleven als het VK onderdeel van dit verdrag wil blijven. Het EHRM is keer op keer glashelder geweest dat het verbod op marteling absoluut is en op iedereen van toepassing moet zijn, ongeacht nationaliteit, ras, enz.
  • Het voorstel zal ook van invloed zijn op de rechten van onschuldige Britse kinderen, met wier belangen geen rekening meer zal worden gehouden als de gerechtshoven overwegen één of allebei hun ouders uit te zetten.

''Mission Creep''?

  • Het EVRM is in 1950 opgesteld, een tijd waarin in grote delen van Europa homoseksualiteit nog strafbaar was, verkrachting binnen het huwelijk, de doodstraf en discriminatie tegen buitenrechtelijke kinderen dat niet waren en ontwikkelingen als het internet, IVF-behandeling, DNA-profilering en de veelvoorkomendheid van mensenhandel nooit hadden kunnen worden voorzien. Als het EVRM vandaag zou worden toegepast volgens de technologie en de maatschappelijke houdingen van de jaren ’50, dan zou de bescherming van rechten stagneren. Het EVRM wordt echter op de juiste wijze geïnterpreteerd om ook om te gaan met mensenhandel, moderne vormen van slavernij en het bovenmatige behoud van DNA-materiaal van onschuldige individuen.
  • Terwijl de interpretatie van het EVRM gelijke tred heeft gehouden met de veranderingen in de maatschappij, oordeelt het nog altijd alleen over fundamentele burgerrechten. Het bemoeit zich niet met maatschappelijke of economische beleidsbeslissingen.
  • De Conservatieven beweren dat er bij het arrest ten aanzien van het kiesrecht van gevangenen sprake is van ‘‘mission creep’’. Het VK heeft in 1952 artikel 3 van het eerste protocol (recht op vrije verkiezingen) van het EVRM getekend en bekrachtigd en dit artikel werd in 1954 in het VK van kracht. Het recht om te stemmen is een fundamenteel burgerrecht, niet een ‘‘sociaal beleid’’ zoals de Conservatieven onsuccesvol hebben proberen te beweren.