"Er is geen noodzaak voor de Commissie om zich te buigen over de Mediawet," zei de Poolse minister van Buitenlandse Zaken als reactie op een verzoek om de mening van de Commissie van Venetië te vragen over de nieuwe wet.
Omstreden wet
Het verzoek dat door het Helsinki Comité voor de Mensenrechten (HFHR) werd gedaan, benadrukte dat de mening van de Commissie van Venetië - de adviesinstantie van de Raad van Europa - cruciaal zou zijn, aangezien de wet twijfel veroorzaakt over de verenigbaarheid met internationale maatstaven over onafhankelijkheid en de pluriformiteit van de media.
Daarbij is de ingevoerde wet tijdelijk, en dit betekent dat het nog maar het begin is van de Poolse hervorming van de publieke omroep die bedoeld is om een nationaal mediabestel op te zetten.
"Veranderingen die door deze wet worden ingevoerd kunnen leiden tot toenemende afhankelijkheid van de publieke omroep aan de politiek," zegt het HFHR in zijn verklaring die vooral nadruk legt op nieuwe regels voor het aanstellen van omroepbazen. De minister van Financiën krijgt hier toe de bevoegdheid.
De verklaring benoemt ook zaken als het verwijderen van de termijnbeperkingen van de regering, de beperking van bedreiging van de pluriformiteit door de rol van de Nationale Omroepraad (KRRiT) en de onmiddellijke inwerkingtreding van de wet op de dag van de bekendmaking.
'Uw bezwaren zijn ongeldig'
Aleksander Stępkowski, onderstaatssecretaris van Buitenlandse Zaken schreef als reactie op het verzoek van het HFHR dat "in de context van veranderingen die het gevolg zullen zijn van de toekomstige nationale mediawet, is de zorg van het HFHR over het gebrek aan pluriformiteit in de publieke media niet meer geldig."
Hij betoog dat veranderingen in zowel de regeling over de aanstelling van omroepbazen als de bescherming van de pluriformiteit door het KRRiT tijdelijk zijn en op 30 juni 2016 worden herroepen.
"Informatie over de veranderingen in het publieke mediabestel werd, lang voordat het voorstel bij het parlement ingediend werd, verspreid. Daarom kan niet gesteld worden dat de publieke instanties waarop de nieuwe wet van toepassing is, niet genoeg tijd hadden om zich aan te passen," zei onderstaatssecretaris Stępkowski.
Ook werd genoemd dat inwerkingstelling van nieuwe wetten en het opzetten van de toekomstige Raad van de Nationale Media als een orgaan dat verantwoordelijk is voor de aanstelling van leidinggevenden in omroepland niet het overzicht houdende mandaat van het KRRiT zal doorkruisen of ook maar één van zijn grondwettelijke bevoegdheden zal schenden om het publieke belang in radio- en televisie-uitzendingen te beschermen.
De onderstaatssecretaris benoemde ook dat het vorige Speciale Congres van de Vereniging van Poolse Journalisten (SDP) radicale veranderingen in de publieke media eiste en daarbij voegde dat "de vernietigende kritiek door de journalistenorganisatie onmiddellijk actie vereiste."