Tech & Rights

Hoe veel is een gerechtelijke dwaling waard in Roemenië?

Daniela Tarău heeft een schadevergoeding van 100,000 Euro ontvangen van de Roemeense staat voor het onrechtvaardig doorbrengen van 1 jaar en 9 maanden in de gevangenis. Ze heeft ruim 11 jaar gevochten voor vrijspraak en een eerlijk proces.

by Dollores Benezic
Daniela Tarău and her lawyer, in Bucharest, in front of the Bucharest Court of Appeal.
Het Hof van Beroep in Boekarest oordeelde dat Daniela Tarău recht heeft op een schadevergoeding van de Roemeense staat ter waarde van 100,000 Euro voor de geleden morele schade en 7,200 Euro voor materiële schade. Dit omdat zij 15 jaar geleden ten onrechte werd veroordeeld.

De onherroepelijke uitspraak komt een jaar nadat de verzoeker officiële erkenning kreeg voor haar onschuld. Daarop besloot zij compensatie te zoeken voor de schade die zij leed door de gerechtelijke dwaling. Daniela Tarău eiste 900,000 Euro voor morele schade en 17,000 Euro voor materiële schade. Afgelopen november zegde de lagere rechtbank het merendeel van haar eis nog toe, maar nadat de staat in beroep ging werd de compensatie voor morele schade significant verlaagd. De staat argumenteerde dat een hogere schadevergoeding de verzoeker ten onrechte extra zou verrijken.

Artikel 52 van de Roemeense Constitutie stelt dat de staat materieel aansprakelijk gesteld kan worden voor geleden schade door een gerechtelijke dwaling, maar sluit niet de eventuele aansprakelijkheid van individuele ambtenaren uit die hun functie met kwade opzet of grove nalatigheid hebben uitgeoefend.

De rechtbank: de staat is schuldig aan onwettelijke vrijheidsberoving

Na beide partijen gehoord te hebben accepteerde de rechtbank in Ilfov Daniela Tarău’s eisen. Het Europees Hof voor de Rechten van de Mens oordeelde in 2009 al dat Tarău's recht op een eerlijk proces was geschonden bij het proces in Roemenië. De openbare aanklagers hebben toen in Tarău's zaak grove fouten gemaakt waardoor haar onrechtmatig de vrijheid werd ontnomen. Bij het bepalen van de compensatie werd door de rechtbank overwogen dat ze 1 jaar en 9 maanden had vastgezeten, maar ook de erbarmelijke omstandigheden in de gevangenis en die na haar vrijlating, toen ze geen baan kon vinden door haar strafblad en zij en haar familie leden onder de vernedering over wat was gebeurd.

Een rechter van de rechtbank in Ilfov was ervan overtuigd dat een verwaarloosbare compensatie zou betekenen dat dit recht niets meer zou zijn dan theoretisch en illusoir. Ze motiveerde de beslissing om Tarău 900,000 Euro schadevergoeding toe te kennen als volgt:

"Met betrekking tot de hoogte van de schadevergoeding erkent de rechtbank, met het oog op nationale jurisprudentie, inclusief dat van de Hoge Raad, dat er een limiet is van 1,500 leu per dag als compensatie voor het onrechtmatig vastzitten in de gevangenis. Met toepassing van dit limiet in de huidige zaak, heeft de rechtbank willen bewerkstelligen dat alle elementen van de onrechtmatige daad (het onrechtmatig vastzitten in de gevangenis, het beperken van de vrijheid om te reizen en het reclasserings- en rehabilitatieproces). Hieruit volgt het toekennen van 787 leu per dag, overeenkomstig de 5150 dagen die nodig waren om de onschuld van de verzoeker te bewijzen.

Het mening van de staat: een vergoeding voor morele schade zou niet de schade compleet moeten compenseren, maar alleen moeten verzachten.

De minister van Financiën, belast met de betaling van de verzoeker's schadevergoeding, voerde aan dat de morele schade niet voldoende was bewezen en dat ze hoe dan ook te hoog waren: 'een mogelijke compensatie door het toekennen van schade zou alleen de rol kunnen hebben om de morele schade te verminderen, niet door het compleet te dekken'.

Het Hof van Beroep was het in essentie hiermee eens, maar gaf een symbolische draai aan de uitspraak.

Het Hof van Beroep in Boekarest wat toezag op het beroep van de staat besloot in juni om de hoogte van de compensatie voor morele schade terug te brengen naar 100,000 Euro en om de bijkomende materiële schade onveranderd te laten.

In het arrest was het Hof het eens met de rechtbank over de schuld van de Roemeense staat. Echter, het Hof oordeelde dat het bedrag voor toegekende compensatie te hoog was. De reden: "morele schade is niet de prijs die betaald wordt voor het fysieke of mentale lijden, wat niet in waarde kan worden geschat, maar eerder een symbolisch herstel gebaseerd op de negatieve consequenties voor het persoonlijke, familiale en sociale leven. (...) Het Hof oordeelt daardoor dat de 900,000 Euro die eerder door de rechtbank werd toegekend niet een compensatie is met het oog op het bovenstaande, maar een vergoeding die afleidt van het doel en de intentie van de wet, en daarom een bron van onverdiend en onrechtmatig inkomen".

Daniela Tarău is het niet eens met de uitspraak wat betreft de compensatie en vastbesloten om te vragen om een herziening van de beslissing van het Hof van Beroep.

Tot dan probeert Daniela Tarău stap voor stap het systeem van binnenuit te veranderen. Ze heeft haar rechtendiploma en zal in September haar doctoraat verdedigen. Haar ambitie is om dan een baan als professor te vinden aan een Universiteit, waar ze toekomstige leiders wil leren over het rechtssysteem. Ze zal een professor zijn die zal inspireren door haar levenservaring: 635 dagen in de gevangenis, 376 dagen dat haar bewegingsvrijheid beperkt was, 1,095 dagen dat ze gecontroleerd werd door de reclassering, 2,920 dagen die nodig waren voor rehabilitatie en een totaal van 5,150 voordat haar onschuld was bewezen. En voor dat alles krijgt ze 100,000 Euro van de staat.